Arrestatie

Datum december 1943
Locatie Amsterdam
Beschrijving Arrestatie van Bruinsma, Ate

Bronverwijzing

  1. Een Laatste Saluut
      • Datum: 11 november 2018
      • Pagina: Ate Bruinsma
      • Citaat:

        Personalia  (4814)
        Bruinsma, Ate    (44 jr.) 08-08-1900  te Augustinusga
        onbekend te Drachten (laatste adres) 22-03-1945  te Dachau
        groepsindeling volgens Jack Kooistra:  Verzetsstrijders (ELS)

        Lid verzet Drenthe, maar werd in Amsterdam gearresteerd. Op het adres waar hij verbleef zou een jonge vrouw met een kind op de arm hebben aangebeld en om onderdak gevraagd. Dit moet een verraadster zijn geweest. Bruinsma is overleden in het concentratiekamp Dachau (D).

        Vanaf 14 juli 1942 tot de bevrijding, bijna drie jaar later, hebben Govert de Haas en zijn vrouw Ilse (geboren Vyth) op verschillende adressen in de noordelijke provincies Groningen en Friesland ondergedoken gezeten.
        Op 17 april 1943 vergezelde een lid van het verzet Ilse uit Groningen naar het huis van Ate en Jansje Bruinsma in Drachten. Veertien dagen later werd Govert achter op een bromfiets eveneens naar het huis van de Bruinsma’s gebracht, waar Ate en Jansje woonden met hun drie kinderen en Ates vader Sikke. Het paar is tot augustus 1943 op dat adres gebleven.
        Ate, een smid die landbouwwerktuigen maakte, was een toegewijde verzetsactivist die heeft geprobeerd zo veel mogelijk joden voor vervolging te behoeden. Op een later tijdstip is hij naar Amsterdam afgereisd met het doel Ilses ouders en zuster in veiligheid te brengen. Toen hij echter in de hoofdstad aankwam, ontdekte hij dat zij al gedeporteerd waren. Hij keerde terug naar huis met een andere jodin, Ada Muzikant, die ook bij hem heeft ingewoond tot augustus 1943, toen de situatie te precair werd voor de onderduikers. De Bruinsma’s lieten hen echter niet vertrekken zonder eerst een andere veilige plek voor ze te hebben geregeld. Toen het gevaar enigszins geweken was op een later tijdstip in de oorlog, hebben de Bruinsma’s weer andere joodse vluchtelingen in huis genomen.
        Ate verborg het echtpaar De Haas en Ada Muzikant op zolder; later heeft hij ook een speciale schuilplaats onder het huis ingericht, die zij konden gebruiken in een noodgeval. Hij en zijn vrouw handelden uit naastenliefde en niet omdat zij zich wilden verrijken. Zij ontvingen van het verzet een gering bedrag om de onkosten te dekken, maar nooit meer.
        Ate was in de oorlog ook betrokken bij het bevrijden van mensen uit het kamp in Westerbork. In december 1943 werd hij toen hij onderweg was naar Amsterdam om een contactpersoon te ontmoeten, verraden en opgepakt. Bijgevolg werd er een huiszoeking gedaan in Drachten, waarbij illegale rantsoenkaarten werden ontdekt. Ate’s vader Sikke werd hiervoor aangehouden, gedeporteerd naar Vught en van daaruit doorgezonden naar andere concentratiekampen in Duitsland. Hij overleefde Buchenwald, werd bevrijd en keerde met een ernstige vorm van tbc terug. In de tussentijd werd Ate naar Dachau gedeporteerd, waar hij is omgekomen.
        Ate was een heel bijzondere man. Hij was afvallige van de Gereformeerde Kerk in Drachten, hetgeen hem kwalijk werd genomen, maar de leden van het Gronings verzet achtten hem hoog. Jansje heeft hem in al activiteiten bijgestaan.

        Op 13 november 1984 werden Ate Bruinsma, zijn vrouw Jansje Bruinsma-Stoker en zijn vader Sikke A. Bruinsma door Yad Vashem erkend als Rechtvaardigen onder de Volkeren,.

Verwijzingen

  1. Bruinsma, Ate