Vries, Hendrik Jacobus de

Geboortenaam Vries, Hendrik Jacobus de
Geslacht mannelijk
Leeftijd bij overlijden rond 20 jaren, 10 maanden, 25 dagen

Gebeurtenissen

Gebeurtenis Datum Locatie Beschrijving Opmerkingen Bronnen
Geboorte 7 februari 1792 Drachten, Dragten Geboorte van de Vries, Hendrik Jacobus
Afschrift

Soldaten leger Napoleon

Vries, Hendrik Jacobus de, dagloner, geb. Drachten
07.02.1792, wonende aldaar, zoon van Jacobus Hendriks en
Antje Douwes
loteling lichting 1812 mairie Drachten; 28.06.1813 fuselier
5e bat., 4e comp. 124e regt. inf. onder nr. 5199; in 1813
gedeserteerd; wordt in november 1813 en eind 1814 vermist;
zijn laatste bericht was van 03.09.1813 uit Mentz (= Mainz);
bij aanneming familienaam 19 jaar
Bronnen: Tresoar Coll. Visser; nr. 13 op de lijst vermisten
toegang 11 inv.nr. 6510 nr. 22; Tresoar toegang 16/161 mairie
Drachten; OA Smallingerland inv.nr. 525; Raf Drachten dl. 1
fol. 118 16

1a
Militaire dienst 28 juni 1813 Drachten, Dragten Militaire dienst van de Vries, Hendrik Jacobus
1b 1c
Laatste bericht 3 september 1813 Mainz Laatste bericht van de Vries, Hendrik Jacobus
 
gedeserteerd rond oktober 1813 Mainz gedeserteerd van de Vries, Hendrik Jacobus
Afschrift

Vries, Hendrik Jacobus de, dagloner, geb. Drachten
07.02.1792, wonende aldaar, zoon van Jacobus Hendriks en
Antje Douwes
loteling lichting 1812 mairie Drachten; 28.06.1813 fuselier
5e bat., 4e comp. 124e regt. inf. onder nr. 5199; in 1813
gedeserteerd; wordt in november 1813 en eind 1814 vermist;
zijn laatste bericht was van 03.09.1813 uit Mentz (= Mainz);
bij aanneming familienaam 19 jaar
Bronnen: Tresoar Coll. Visser; nr. 13 op de lijst vermisten
toegang 11 inv.nr. 6510 nr. 22; Tresoar toegang 16/161 mairie
Drachten; OA Smallingerland inv.nr. 525; Raf Drachten dl. 1
fol. 118 16

1d
Overlijden rond 1813   Overlijden van de Vries, Hendrik Jacobus
Gebeurtenisopmerking

vermist in Duitsland, niks meer van te vinden, ik ga er van uit
dat hij daar overleden is.

 

Ouders

Relatie met de beginpersoon Naam Relatie in deze familie (indien niet door geboorte)
Vader Vries, Jacobus Hendriks de
Moeder , Antje Douwes
    Broer     Vries, Douwe Jacobus de
    Zus     Vries, Trijntje Jacobus de
    Zus     Vries, Tjetske Jacobus de
    Zus     Vries, Sijke Jacobus de
    Zus     Vries, Maaike Jacobus de
         Vries, Hendrik Jacobus de
    Broer     Vries, Sietze Jacobus de
    Zus     Vries, Fokjen Jacobus de

Adressen

Datum Straat Plaats Dorp of stad Deelstaat/Provincie Provincie Postcode Land Telefoon Bronnen
      Dragten            

Media

Kenmerken

Type Waarde Opmerkingen Bronnen
Beroep fuselier 5e bat., 4e comp. 124e regt. inf. onder nr. 5199
 

Familiekaart

Familiekaart

Stamboom

  1. Vries, Jacobus Hendriks de
    1. , Antje Douwes
      1. Vries, Douwe Jacobus de
      2. Vries, Trijntje Jacobus de
      3. Vries, Tjetske Jacobus de
      4. Vries, Maaike Jacobus de
      5. Vries, Sijke Jacobus de
      6. Vries, Hendrik Jacobus de
      7. Vries, Sietze Jacobus de
      8. Vries, Fokjen Jacobus de

Voorouders

Bronverwijzing

  1. Tresoar, Fries Archief
      • Datum: 14 december 2008
      • Datum: 10 maart 2012
      • Afschrift:

        Soldaten leger Napoleon
        Vries, Hendrik Jacobus de, dagloner, geb. Drachten
        07.02.1792, wonende aldaar, zoon van Jacobus Hendriks en
        Antje Douwes
        loteling lichting 1812 mairie Drachten; 28.06.1813 fuselier
        5e bat., 4e comp. 124e regt. inf. onder nr. 5199; in 1813
        gedeserteerd; wordt in november 1813 en eind 1814 vermist;
        zijn laatste bericht was van 03.09.1813 uit Mentz (= Mainz);
        bij aanneming familienaam 19 jaar
        Bronnen: Tresoar Coll. Visser; nr. 13 op de lijst vermisten
        toegang 11 inv.nr. 6510 nr. 22; Tresoar toegang 16/161 mairie
        Drachten; OA Smallingerland inv.nr. 525; Raf Drachten dl. 1
        fol. 118 16

         

        Het onderdeel is het 124e regiment

      • Datum: 31 maart 2012
      • Pagina: Eekhoff, W. Friesland 1813, Leeuwarden 1863 bldz.123-126
      • Opmerking over een bronverwijzing:

        Eekhoff, W. Friesland 1813, Leeuwarden 1863 bldz.123-126

        Eenge bizonderheden omtrent de lotgevallen der Friesche Gardes d’honneur.

         

        l. Eenige dagen vóór het eerste detachement uit Leeuwarden vertrok, werden alle leden bij de Prefekt
        Verstolk te dineeren gevraagd. Opmerkelijk was het. dat op dit diner geen toast werd ingesteld op den
        Keizer, en veronderstelde men, dat de gastheer te weten was gekomen, dat velen geweigerd zouden hebben
        daaraan deel te nemen.

         

        2. Bij het vertrek uit Leeuwarden, zonder eenig geleide van Fransche krijgsmagt, gaf de Generaal
        Destabenrath (een Pool van afkomst, eeu schoon en welsprekend man) het ledetachement gedurende
        verscheidene dagen een oud gediende, een zeer bekwaam marechaussée, mede, ten einde hun eenige
        hoognoodige voorschriften te geven, zoo omtrent de behandeling van de paarden, als het marcheeren,
        nachtverblijf enz., hetgeen hun (» echte recruten als we waren", zegt een deelgenoot van den togt),
        voor wie de dienst zoo ongewoon was, zeer te stade kwam. - Te Arnhem werden meest allen bij den
        Prefekt, den vroegeren Landdrost van Friesland R. L. van .Andringa de Kempenaer, te dineeren gevraagd.

         

        3. De eigenlijke marschroute, waarin eene verandering werd gemaakt, is geweest:
        12 Julij Heerenveen,
        13 Steemvijk,
        ~ Zwartsluis,
        15 Zwolle,
        16 rustdag.
        17 Apeldoorn,
        18 Arnhem,
        19 Nijmegen.
        20 Grave,
        21 rustdag.
        22 's Hertogenbosch,
        23 Tilburg,
        24 Hoogstraten,
        25 Antwerpen,
        26 rustdag.
        27 Mechelen,
        28 Brussel,
        29 Braine le comte,
        30 Mons,
        31 rustdag.
         1 Augustus Valencienues,
         2 Cambray,
         3 Peroune,
         4 Roye,
         5 rustdag.
         6 Gournay,
         7 Senlis.
         8 Louvres,
         9 St. Denis, van waar sommigen op den volgenden rustdag een uitstapje deden om Parijs te bezien.
        11 Versailles,
        12 Rambonillet,
        13 Chartes aan de Eure,
        14 en 15 rnstdagen.
        16 Bonneval aan de Loire,
        17 Chateandun,
        18 Vendôme.
        19 Chateau Regnault en
        20 Aug. Tours.

        4. Te Tours werd het le detachement ingedeeld bij verscheidene eskadrons van het 3e regiment.
        dat 2500 man sterk en gekazerneerd was in de vroegere abtdij Marmontier. op een half uur afstands
        aan de schoone oevers der Loire gelegen. Het regiment, waarin Friezen, Groningers, Overijsselaren en
        Oost-Friezen zich broederlijk vereenigden met Franschen en Italianen uit de departementen der' Pyreneën,
        Vendée, .Apennijnen enz. (.), had het geluk in den Generaal Graaf de Ségur (schrijver van het bekende
        'werk: Napoleon en het groote leger) als Kolonel en Kommandant een man te bezitten, die door strenge
        regtvaardigheid, voorbeeldige activiteit, deelnemende belangstelling en stipte dienstvervulling, welke
        hij van allen, zonder onderscheid, eischte, aller eerbied in hooge mate mogt venverven. Na eene
        gezette oefening van zes weken in exercitiën en manoeuvres vertrok het 6e eskadron den 18 Sept.
        naar het leger. De marschroute liep over Amboise,OrIeans, Troyes, Toul, Metz en Saarbruck
        naar Mentz. waar het den 20 Oct. aankwam. Na een kort verblijf in deze met troepen opgevulde vesting
        bezette het met andere eskadrons kavalerie 'Verschillende dorpen aan gene zijde van den Rijn, kwam
        kort daarna in Mentz terug en betrok toen de kantonnementen tusschen deze stad en Straatsburg.
        om met de overige gardes d'honneur de voorposten der Rijnoevers te bezetten en deze tegen het
        indringen van den allengs naderenden, en zoo zeer gehoopten, vijand te beschermen. Toen, het
        was in 't laatst van November, kon toch de nederlaag des Keizers niet meer verholen worden;
        doch de hoop op de komst van de troepen der verbonden mogendheden werd spoedig verijdeld door het
        berigt, dat de Nederlandsche gardes d'honneur ontwapend en als staatsgevangenen naar het binnenste
        van Frankrijk gevoerd zouden ,vorden. In dien toestand nam een zevental hunner (v. Hylckama, Nauta,
        Buma, WenthoIt, Gorter, de Roock en Nyland uit Overijssel) het besluit, om het leven voor de nijheid
        te wagen. Zeer ge-yaarIijk was de togt, toen zij in den nacht van den 27 Nov. bij het dorp Rielsbeim
        in alle stilte met een lekke boot den Rijn overstaken. Gelukkig bereikten zij de overzijde en weldra
        de voorposten van het korps van den generaal Sacken, door welke ze uitnemend ontvangen, ingekwartierd
        en voorzien werden van een feuille de route naar het vaderland, dat-zij vernamen het te Frankfort met
        vreugde! -_ intusschen zijne kliisters had afgeschud en hen, als verloren geaohte zonen, half Dec.
        juichend ontving.

        5. Vijf andere Gardes d'honneur (van Knijff, Stinstra, Palsma, Eizinga en Helmig uit Zwol) beproefden
        reeds vroeger zulk een waagstuk, met even gelukkig gevolg. Nadat zij den 15 Nov. in het bivouac bij
        Mentz 36 uren lang op wacht hadden gestaan, moedigde het gerucht der nederlagen des Keizers hen aan om
        te ontvlugten. Daartoe kochten zij voor grof geld een smokkelaar om, die hen, met achterlating van wapens
        en bagage, des nachts in een bootje over den Rijn zette, in groote vrees, dat zij ontdekt zouden worden
        door de schildwachten, die aan de overzijde op den dijk elkander steeds het qui vive! toeriepen. Evenwel
        landden zij behouden, hielden zich eenigen tijd schuil, trokken toen landwaarts in, ontmoetten 'Vele
        wagens mei gewonden, tot dat zij eindelijk KasseI bereikten, waar zij door het leger der verbondene
        mogendheden krijgsgevangen genomen en naar Frankfort gezonden werden. Hier voor Nederlanders erkend,
        bekwamen ze verlof naar hun vaderland terug te keeren. Deze terugtogt was evenwel zeer gevaarlijk,
        dewijl de voornaamste steden aan den Rijn nog in de magt der Fransehen waren. Zij kwamen echter den
        15 December gelukkig in Friesland terug.

        6. Nadat het regiment naar de armee vertrok, hadden de manschappen zeer veel te lijden van strenge vorst
        en alles doordringende koude, ten gevolge waarvan vele hunner paarden omkwamen, zij zelve vermagerden en
        als geraamten rondwaarden. Een deel hunner werd, na de retraite van Leipzig en de desertie van nagenoeg
        de helft, door het Fransche bewind gezonden naar Landau, waar zij van paarden, mantels en wapens beroofd
        en staatsgevangen verklaard werden, waarna men hen over Luneville door slijk, sneeuwen hagel, geleid door
        kurassiers, naar Bourges voerde, waar ze 4 à 5 maanden gevangen gehouden werden. Op die vermoeijende reis
        werden ze niet ingekwartierd, maa 's nachts gehuisvest in gevangenissen en op torens, in gezelschap met
        dieven en moordenaars. waarbij zij ontzettend moesten lijden. Eindelijk kregen ze vedof om over Parijs
        en Reims door België terug te keereu.

        Eenigen bezweken op dien zwaren togt, door koorts overvallen, of bleven achter in het groot hospitaal te
        Metz, waar ze in den langen en strengen winter door slechte oppassing veel hadden te verduren en zelfs
        ten deele bevroren werden. Vier maanden ver toefden zij in die streng geblokkeerde stad, en kwamen over
        Luxemburg en Luik in het vaderland terug.

        Anderen, die te Tours gebleven waren, werden daar den 10 Dec., 18 in getal, voor staatsgevangen verklaard
        en tot 1 Jan. in een tuchthuis geborgen. Onder zeer veel lijden, ten gevolge van slechte kwartieren. van
        koude, gebrek aan voedsel, morsigheid, kwalen en ongedierte, werden ze nu naar Roanue en vervolgens naar
        Bourges gevoerd, waar zij ontslagen werden, om naar het vaderland terug le keeren, waarna vier hunner eerst
        den 10 Mei le Leeuwarden aankwamen

        (*) Die van het 7e eskadron hadden toen " een best kameraad" in den Markies Di Gavalegtte, - thans de
        heilige vader Paus PlUS de negende. Wat kunnen tijden en personen in 50 jaren verauderen!

         

         

        Eekhoff, W. Friesland 1813, Leeuwarden 1863 bldz.123-126

      • Datum: 19 december 2008